De financiering van het wetenschappelijke landbouwonderzoek moest op de schop. Met de invoering van het zogenaamde Topsectorenbeleid in 2012 willen overheid en de agrofoodsectoren de innovatiekracht versterken. Diverse partijen vragen zich nu af of de ingeslagen weg een verkapte manier is om de agrarische overheidsinstituten overeind te houden.
“De overheidsinstituten moesten worden gered en daar werd het vehikel topsectorenbeleid voor bedacht.” Dat zegt Ad Juriaanse, directeur van het private onderzoeksinstituut NIZO in Ede. Hij is erachter gekomen hoe het nieuwe onderzoeksbeleid in elkaar steekt. Juriaanse spreekt voor zijn eigen NIZO(180 medewerkers) en namens twaalf andere private agrarische onderzoeksinstituten in Nederland. “In onze ogen worden de overheidsinstituten, zoals de Wageningen Universiteit en TNO, enorm bevoordeeld.” Het idee achter het topsectorenbeleid was dat de overheid de helft van het onderzoek financierde en dat de andere helft uit de markt moest komen. Alle onderzoeksinstituten, maar ook private bedrijven, konden hun onderzoeksprojecten indienen voor cofinanciering. Nu blijkt echter dat veruit de meeste onderzoeksgelden via ondoorzichtige procedures naar bestaande overheidsinstituten vloeien.
Het volledige verhaal is te lezen in vakblad V-focus van juni 2013
Algemeen | Mens en mening