De veehouderij wordt overspoeld met regels om de fosfaatuitstoot binnen de perken te houden. De inkt van de Mestwet, de AMVB grondgebonden melkveehouderij en Kringloopwijzer is nog niet droog, of de volgende maatregel, de fosfaatrechten, is al onderweg. En we hadden natuurlijk al de gebruiksnormen. Hoe gaan de verschillende regels zich tot elkaar verhouden? De enkeling die nog overzicht heeft, voorspelt een run op volkstuintjes, oftewel kleine lapjes grond.
Inmiddels is de eerste groep veehouders al tegen de fosfaatregels opgelopen. Het gaat hier bijvoorbeeld om veehouders die een ongunstige P-referentie kregen toebedeeld omdat referentiejaar 2013 nadelig uitpakte vanwege een ongewone bedrijfssituatie in dat jaar. Verder heeft een groep veehouders nog altijd geen P-referentie ontvangen, terwijl zij er al wel op wordt afgerekend. Dit zijn slechts incidenten in vergelijking met de obstakels die worden verwacht. Want wat gebeurt er als de gebruiksnormen met een paar kilo worden aangescherpt? Gezien het streven naar evenwichtsbemesting is een aanscherping zeer wel denkbaar. In dat geval zal op verschillende bedrijven een fosfaatoverschot ontstaan, weliswaar van uiterst bescheiden formaat. Maar in combinatie met de verplichte mestverwerking en ‘grondgebonden groei’ zal menig boer toch ‘een volkstuintje’ aan extra grond moeten zien te verwerven, voor de plaatsing van het overschot van een paar kilo.
Het omslagartikel ‘Fosfaatregelwoud leidt tot run op volkstuintjes’ gaat in op de wijze waarop de verschillende fosfaatregelingen in elkaar grijpen. Het artikel verschijnt op 24 juli.