In de inheemse tallgrass-prairies in een klein deel van het zuiden van Canada en in de Great Plains van de VS hoorde de bizon thuis. Verdwijnen van deze herkauwer heeft het aantal plantensoort in de resterende inheemse gebieden gehalveerd en de veerkracht bij droogte doen afnemen. Zo blijkt uit een studie van Kansas State University.
De origine van de tallgrass-prairies ligt zo’n 10.000 jaar terug. De gletsjers verdwenen en wind voerde organisch materiaal aan waardoor een dikke organische toplaag ontstond. Grote grazers, waaronder de bizon, leefde er en voorkwam bosvorming en zorgde voor een nutriëntenkringloop. De prairiedog had een belangrijke rol bij ontstaan van deze gebieden doordat een eekhoornachtige dieren gangen groeven wat voor beluchting zorgde. Op tallgrass-prairies, het oostelijke deel van de Great Plains die vanaf de Canadese grens over het midwesten naar het zuiden loopt, vond je grassen die tot twee meter hoog worden, zoals Indianngrass, en kruiden, zoals zonnebloemen. Technisch gezien bestaat een prairie voor vijf tot elf procent uit bomen. Duizenden jaren lang war er bijna een miljoen hectare aan deze prairies. Vanaf 1800 kwam de landbouw op en verdween het merendeel. Eén tot vier procent va het prairieoppervlak zou deze periode overleefd hebben.
In wetenschappelijk tijdschrift Proceedings of the National Academy (PNAS) is een studie gepubliceerd waarin waarnemingen over 30 jaar zijn meegenomen in de regio Flint Hills, het grootste resterende tallgrass-prairie-gebied, gelegen in de staten Kansas en Oklahoma. De bizons waren voor die tijd al voor 99 procent van de resterende prairies verdwenen. De effecten daarvan zijn dus nooit vastgelegd.
Veerkrachtiger en soortenrijker met bizon
In de studie werd plantensoortenrijkheid gescoord in gebieden die niet toegankelijk zijn voor grote grazers, in gebieden waar jaarrond bizons grazen en in gebieden waar in het groeiseizoen rundvee graast. Hieruit blijkt dat grote grazers de soortenrijkdom vergroten en dat wilde bizons een aanzienlijke grotere, positieve impact hebben. Uit de studie bleek ook dat de fauna op de prairies die door bizons werd begraasd, ook veerkrachtiger is bij droogte en daartegen dus beter bestand is.
Foto: Wilson Hui from Calgary, Canada, CC BY 2.0 https://creativecommons.org/licenses/by/2.0, via Wikimedia Commons
Kaart: Cephas, CC BY-SA 3.0 https://creativecommons.org/licenses/by-sa/3.0, via Wikimedia Commons