Premium | Visie en Opinie

Voedsel als veevoer

De vraag waarom op veel grond veevoer wordt geteeld in plaats van voedsel, houdt menigeen bezig. De antwoorden zijn legio en verdedigbaar. Maar hoeveel voedsel geschikt voor menselijke consumptie gaat eigenlijk het veevoer in?

Dat 2,3 kg veevoer nodig is om 1 kg ei te produceren, dat kan mensen wel aan het denken zetten. Of dat 15 kg veevoer nodig is om 1 kg lamsvlees te produceren. Om het maar niet over rundvlees te hebben: 25 kg. En er is 700 kg veevoer nodig om 1.000 kg melk te produceren. Met deze getallen verzeilen we al snel in een discussie over de competitie tussen voer en voedsel. Teel je voer om vee te voeden om de mens van dierlijk eiwit te voorzien? Of kun je beter de mens voorzien van plantaardig eiwit, zonder tussenkomst van het dier? Een belangrijke vraag is hoeveel waardevol voedsel wordt verspild met het voeren van vee. Het Holicow-project binnen het Europese Interreg-programma, prikt enkele mythes over veevoeding door.

Gaan we uit van de hoeveelheid plantaardig eiwit die een melkkoe nodig heeft om 1 kg eiwit van dierlijke origine (zuivel of vlees) te produceren, dan is de efficiëntie van de koe ongeveer 20 procent. Met andere worden, een koe zet 5 kg plantaardig eiwit (voer) om in 1 kg dierlijk eiwit (voedsel). Kun je daarmee zeggen dat koeien ‘stelen van ons bord’? Dat is het belangrijkste argument voor de stelling dat het logischer is om met verteerbare gewassen en andere bronnen de mens direct te voeden en niet indirect, door er vee mee te voeren.  

Er is een maar. De genoemde 20 procent betreft de brutowaarde. Belangrijk om in de discussie over voer en voeding mee te nemen, is het type voer dat aan de dieren wordt gevoerd om dierlijk eiwit te produceren. Vee verbruikt met name fourage: gewasrestanten en bijproducten die de mens niet kan verteren. Het menselijk lichaam kan geen gras verteren. Dat is echter een groot aandeel van het rantsoen van runderen. Ook voedergewassen, tarwedraf en diverse pulpen zijn niet geschikt voor het humane verteringsstelsel. 

Uit meerdere wetenschappelijke studies blijkt dat tussen 86 en 89 procent van het voer dat landbouwhuisdieren verbruiken, bestaat uit producten die voor de mens niet verteerbaar zijn. De competitie tussen voer voor herkauwers en voeding voor de mens is dus aanzienlijk kleiner dan je in eerste instantie zou denken. Dierlijke productie­systemen spelen bovendien een essentiële rol in voedselsystemen. Landbouwhuisdieren maken immers gebruik van marginale gronden en zetten restproducten van de voedselproductie om in voor de mens hoogwaardig eiwit. Er bestaan bovendien legio regio’s waar überhaupt geen akkerbouw­gewassen geteeld kunnen worden. In de bergen bijvoorbeeld. Al zou de grond er niet marginaal zijn, het oogsten van gewassen in de bergen lukt niet met de daarvoor benodigde machines. Het houden van runderen in deze regio’s is dus meer dan logisch. Grazend vee draagt bovendien bij aan de kwaliteit van het landschap. Dat maakt zeker berglandschappen aantrekkelijk voor toeristen, waarmee de veehouderij een pijler is onder het toerisme. Tot slot is blijvend grasland niet alleen een plek waar koeien leven. Het zorgt voor een onderkomen voor talloze andere soorten planten en dieren.

Je hebt zojuist een Premium artikel gelezen.
Het aantal premium artikelen dat je kunt lezen is beperkt. Wil je meer Premium lezen? Maak dan een gratis profiel aan.
Dit Premium artikel krijg je cadeau. Onbeperkt lezen? Nu proberen
Over de auteur: Wilbert Beerling
Wilbert Beerling groeide op een melkveebedrijf op. Sinds 2011 werkt Wilbert bij AgriMedia waar hij nu zorg draagt voor de samenstelling van de vakbladen V-Focus...
Meer over:
Visie en Opinie
Deel dit bericht: WhatsApp Facebook Linkedin

V-focus Nieuwsbrief

Nieuwsbrief Wil je ook de nieuwsbrief ontvangen en op de hoogte blijven?