Brabantse boeren en burgers staan lijnrecht tegenover elkaar in een conflict over het bestaansrecht van de grootschalige veehouderij in dierdichte gebieden als De Peel, De Kempen en De Baronie. Er wordt geroepen, niet geluisterd, de empathie is verdwenen. Het provinciecollege doet zijn best om beide partijen te vriend te houden, maar slaagt daar (nog) niet in.
In Brabant staan twee sterke lobby’s al enige jaren lijnrecht tegenover elkaar. Aan de ene kant zijn er de milieugroepen, de gezondheidsorganisaties en een groeiend aantal burgers. Aan de andere kant staan de veehouderijen met aanverwante bedrijven als de voerindustrie, transporteurs en banken. De impasse heeft inmiddels geleid tot een uiterst ingewikkeld vergunningensysteem voor veehouderijen; het systeem is zo complex geworden dat er veel gespecialiseerde kennis en menskracht nodig is om de vergunning rond te krijgen. Onlangs stelde het provinciecollege opnieuw extra regels vast, zoals een zorgvuldigheidsscore voor veehouderijen, in de hoop daarmee tegemoet te komen aan de wensen van zowel boer als burger. Het heeft boer en burger echter niet nader tot elkaar gebracht.
Verbindend vermogen ontbreekt
Inmiddels zijn er in de provincie Noord-Brabant ongeveer evenveel burgergroepen als megastallen en daalt het aantal dieren, maar de feiten worden niet geloofd. Tijdens interviews met beide ‘kampen’ blijkt dat de empathie voor elkaars standpunten is verdwenen. Beide partijen wíllen elkaar niet begrijpen. Het provinciecollege staat als scheidsrechter tussen beide, maar mist het vermogen om te verbinden. Zij zoekt de oplossing van het conflict in nieuwe regelgeving voor de boeren. Maar dat lost voor de burgers weinig op.
Lees het omslagartikel ‘Burgers in opstand tegen grootschalige veehouderij’ in V-focus, april 2014.
Lees het volledige artikel in V-focus, april 2014. Eenmalig is een gratis proefnummer aan te vragen.