Om niet tegen de Europese regels voor ongeoorloofde staatssteun aan te lopen, worden vrouwelijke vleeskalveren omgekat naar melkvee. Zo kan vleesvee toch blijven meedelen in de fosfaatrechten voor de melkveehouderij. Fosfaatrechten mogen uitsluitend worden toegekend aan melkvee. Wanneer deze toegekend worden aan vleesvee is sprake van ongeoorloofde staatssteun van de vleesveehouderij.
De fosfaatrechten werden dit voorjaar niet alleen toegekend aan melkveehouders, ook vleesveehouders deelden erin mee. Dit is merkwaardig aangezien alleen de melkveehouderij over zijn sectorplafond was gegaan. Vleesveehouders overschreden hun sectorplafond niet. Dit najaar trok de overheid bij de vleesveehouders een deel van de toegewezen fosfaatrechten weer in omdat er sprake zou zijn van ongeoorloofde staatssteun. Het andere deel mochten de vleesveehouders houden of vrijwillig inleveren. (Zie ook: Nederland in de fout met toedelen fosfaatrechten).
Vleesvee omkatten naar melkvee
Vrouwelijke vleeskalveren en –pinken worden door de overheid omgekat naar melkvee en aldus onder het sectorplafond voor de melkveehouderij gebracht. Dit is opmerkelijk omdat dit jongvee, enkele uitzonderingen daargelaten, nooit in de melkveehouderij terecht zal komen.
Het omkatten van vleesvee naar melkvee heeft als gevolg dat de melkveehouderij waarschijnlijk nog altijd boven haar fosfaatplafond zit. LNV-minister Carola Schouten in het Kamerdebat van 1 november: “Door het terughalen van rechten bij de vleesveehouderij hopen wij onder het plafond te komen.” Schouten geeft hiermee indirect aan dat vleesveemest de reden is dat de melkveehouderij nog steeds boven haar plafond zit. (Zie ook: LNV schuift met mest en fosfaatplafonds).
Ongeoorloofde staatssteun?
Of er bereidheid is bij vleesveehouders om hun rechten vrijwillig in te leveren valt te betwijfelen. De signalen vanuit de landbouw lijken de andere kant op te wijzen: er is veel belangstelling voor fosfaatrechten bij vleesveehouders om deze te kunnen doorverkopen aan melkveehouders. De verkoop van rechten levert met enkele tienduizenden euro’s veelal meer op dan de houderij.