Om de bodemvruchtbaarheid in Twente cijfermatig en per gemeente op kaartniveau inzichtelijk te krijgen, zijn de uitslagen van 60.000 bodemmonsters uit de periode 2007-2018 geanalyseerd op negen parameters.
De status van de bodemvruchtbaarheid per gemeente en in Twente als geheel is in kaart gebracht door Eurofins Agro. De 12.000 monsteruitslagen zijn onderverdeeld naar de in Twente veelvoorkomende grondsoorten kleigrond, dalgrond en dekzand. Vervolgens zijn de uitslagen naar teelt gecategoriseerd: gras, mais en overige teelten. De negen parameters zijn de totale hoeveelheid stikstof, bodemvoorraad fosfaat en kalium, hoeveelheid organische stof, de zuurtegraad, het klei-humuscomplex, de microbiële biomassa en activiteit en de ratio van schimmels en bacteriën.
Trend
Een gevonden trend is: stabiele bodemvruchtbaarheidskenmerken, al jarenlang. Ook verbetering van de bodemvruchtbaarheid werd met regelmaat aangetroffen. Er waren 63 combinaties van bodemkenmerk, grondsoort en teelt. Bij achttien combinaties was sprake van een stijging, bij één van een daling. Dat betekent dat de Twentse grondgenruikers de bodem goed verzorgen. Een verklaring voor dergelijke veranderingen kan aan de hand van dit onderzoek niet worden gegeven. Zo hangt de totale hoeveelheid stikstof in de bodem bijvoorbeeld nauw samen met de aan- en afvoer van nutriënten, maar die data zijn in het onderzoek niet meegenomen. Een verhoging van de hoeveelheid stikstof werd vaak waargenomen, dat betekent dus meer aanvoer of minder afvoer. Meer aanvoer is onwaarschijnlijk omdat de gehalten kali en fosfaat niet stegen. De stijging van de pH en het klei-humuscomplex is vermoedelijk te wijden aan bekalking.